Het Katwijks Museum is gevestigd in het centrum van Katwijk, op ca. 200 meter van zee en strand.
Katwijks Museum
Voorstraat 46
2225 ER Katwijk ZH
Tel. 071 – 401 30 47
Bank NL 69 RABO 0391809555
BTW NL 803878138B01
KvK 41166458
Algemeen: info@katwijksmuseum.nl
Bestuur (via secretaris): secretaris@katwijksmuseum.nl
PR & Communicatie: pr@katwijksmuseum.nl
Trein
Station Leiden Centraal en daarna verder met de bus
Bus
Vanaf Leiden Centraal lijn 431 (R-net), halte Centrum
Vanaf Leiden lijn 90 tot Boulevard, halte Nieuw Brittenburg
Vanaf Lisse lijn 90 tot Boulevard, halte Nieuw Brittenburg
Auto
Vanaf de A44, afrit 8, richting Leiden/Valkenburg/Katwijk via de N206. Betaald parkeren in de parkeergarages Boulevard en Tramstraat, op enkele minuten loopafstand van het museum. Tussen 1 oktober en 31 maart kunt u de eerste 2 uur gratis parkeren in de gemeentelijke parkeergarages.
In de directe omgeving van het museum bevinden zich twee parkeerplaatsen voor gehandicapten. De eerste schuin tegenover het museum aan de Voorstraat (voor supermarkt Hoogvliet), de tweede op de hoek van de Voorstraat/Museumstraat naast het museum.
De aanrijroute voor beide parkeerplekken is: Tramstraat, Noordeinde, Dwarsstraat, Elleboogstraat, Louwestraat, Voorstraat.
Aan de achterzijde van supermarkt Hoogvliet is ook een parkeermogelijkheid (te bereiken via de Elleboogstraat). Via de supermarkt komt u direct voor het museum uit.
Plan hier uw reis met 9292ov.nl
Welkom in het Katwijks Museum, het museum aan zee!
Heeft u een vraag over uw bezoek? Mail naar info@katwijksmuseum.nl. We helpen u graag.
Voor meer informatie over de mooie badplaats Katwijk:
Volwassene: | € 10,00 |
13 t/m 17 jaar: | € 4,00 |
t/m 12 jaar: | Gratis |
CJP: | € 5,00 |
Museumkaart: | Gratis |
Rembrandtkaart: Vereniging Rembrandt |
Gratis |
ICOM kaart: | Gratis |
Vriend van het Katwijks Museum: | Gratis |
Lid Genootschap Oud Katwijk: | 1x per jaar gratis op vertoon van lidmaatschapskaart |
Rondleidingen op afspraak | |
Rondleiding, Maximale groepsgrootte 10 personen per suppoost: | € 25,00 |
Reserveren voor groepsbezoek (o.a. rondleiding en koffie met gebak): | bezoek@katwijksmuseum.nl |
Aangeboden rondleidingen: Nederlands, Duits of Engels | Gratis (zie agenda website) |
Voorstraat 46, Katwijk
De visserij op de Noordzee is voor Katwijk aan Zee eeuwenlang een belangrijke bron van bestaan geweest. Bekend is dat al in de middeleeuwen door Katwijkers zee werd gekozen om vis te vangen. Door het ontbreken van een haven, viste men vanaf het strand met platbodemschepen. Was dit eerst de zogenoemde visserspinck, na 1830 werd het de hieruit ontwikkelde bomschuit. Daar de visserij niet altijd lonend was, vond men destijds in de vrachtvaart, maar ook in de smokkel, alternatieve inkomsten.
Nadat in 1850 het haringkaakverbod was opgeheven voor de vissersplaatsen langs de Hollandse kust (de zg Zijde, naast Katwijk ook Scheveningen, Noordwijk en Egmond) kwam de visserij langzaam tot bloei. De vloot groeide van circa 30 vaartuigen in 1850 tot zo’n 70 stuks in 1900. De haringvisserij speelde daarbij een steeds grotere rol. Men viste met de vleet op haring en daarbij kwam men tot op de Shetland eilanden. Na de introductie van de zeillogger als nieuw type vissersvaartuig, werd in de periode 1895-1915 de plompe bomschuit geheel vervangen. De logger, een kielvaartuig met uitstekende zeileigenschappen, maakte echter een haven noodzakelijk. In Scheveningen was na de aanleg van een zeehaven in 1904 de vervanging van de bomschuit eenvoudig, doch ook in Katwijk vond deze vervanging plaats. De Katwijkers gingen vooral gebruik maken van de havens van IJmuiden en die van Vlaardingen en Maassluis. Voor het transport van de lading van en naar Katwijk werden binnenschuiten ingezet. De bemanningen reisden per trein of vrachtwagen en de bus. In 1916 bereikte de Katwijkse vloot een voorlopig hoogtepunt met ca 130 zeilvaartuigen.
De periode tussen de twee wereldoorlogen was voor de visserij moeizaam. Diverse rederijen gingen failliet door de crisisjaren waardoor nogal wat schepen werden opgelegd. Tegelijkertijd investeerden de overblijvers door de zeilloggers te voorzien van een motor. Men was daardoor minder afhankelijk geworden van de wind. Een deel van de opgelegde vloot werd in de dertigerjaren verkocht aan schippers die voor zichzelf wilden beginnen: de start van de zogenoemde schippers-eigenaren. De overige schepen verdwenen naar Scandinavië om aldaar als vrachtschip te worden ingezet.
Tijdens de bezettingsjaren werd een deel van de vloot gevorderd: een deel daarvan werd na de oorlog weer teruggevonden. De eerste na-oorlogse jaren leverde de visserij uitstekende resultaten op. Door modernisering van vloot en verwerking werd de haring steeds meer gevangen door motortrawlers die na 1955 in de vaart kwamen. De vleetvisserij op haring zakte langzaam weg door gebrek aan bemanningsleden op de veelal verouderde schepen. Rond 1965 was deze vorm van visserij vrijwel over. Dit had ook tot gevolg dat verwante activiteiten als transport per binnenschuit, het gebruik van het wantveld en de boetsters etc. verdwenen.
De groep schipperseigenaren groeide na 1950 ook snel: iedereen die het aandurfde kon voor zichzelf beginnen. Rond 1965 was de Katwijkse vloot gegroeid tot ruim 180 schepen. En dat zonder een eigen haven! De wens van een eigen zeehaven werd geregeld kenbaar gemaakt, zoals in 1950 met een tocht naar Den Haag om zelfs minister president Drees van de noodzaak te overtuigen. Het mocht allemaal niet baten. IJmuiden werd definitief de Katwijkse thuishaven. In 1963 werd ook nog een poging gedaan. Hoewel het aantal Katwijkse schepen na 1970 drastisch afnam, werd Katwijk nog steeds gezien als belangrijke vissersplaats: bij de privatisering van het IJmuidense Staatvissershavenbedijf nam de gemeente Katwijk een aandeel in de nieuwe gevormde Zeehaven ter bevestiging van het feit dat IJmuiden al jarenlang de thuishaven was van de Katwijkse vloot.
Thans is nog steeds een deel van de bevolking afhankelijk van de visserij. De vloot is wel gekrompen tot ongeveer 10 moderne schepen, maar de opleving van de visserijschool geeft aan dat er nog steeds vissersbloed door de Katwijkse aderen vloeit en er vissers kunnen worden afgeleverd.
Het museum beschikt over een uitgebreid maritiem archief, waar diverse vrijwilligers bij betrokken zijn. Foto’s, krantenknipsels, monsterboekjes e.d. worden verzameld over het maritieme verleden van Katwijk, t.w. visserij, binnenvaart, walvisvaart en koopvaardij. Heeft u een vraag of juist informatie die in het archief thuis hoort: elke maandagavond zijn medewerkers aanwezig. Contact per e-mail kan ook: maritiem@katwijksmuseum.nl
©2024 Katwijks Museum Privacy Cookies Website door 2nd Chapter
Member
of: