Bijzonder beschilderde harington gemaakt door onderduiker als tijdsverdrijf

‘Geachte meneer/mevrouw,

Via mijn oom, wiens ouders ten tijde van de oorlog in Katwijk woonden, kwam ik in het bezit van een haringtonnetje. Het tonnetje is in de Tweede Wereldoorlog beschilderd door een onderduiker die toen bij de ouders van mijn oom in huis woonde. Er staat een jaartal op (1943) en naar ik aanneem het wapen van Katwijk. Mijn oom dacht dat ik hier wel interesse in zou hebben vanwege mijn belangstelling in geschiedenis en mijn archeologische achtergrond. Nu ben ik echter in mijn huis aan het opruimen, de voorjaarsschoonmaak, en mijn drie kinderen hebben ook steeds meer ruimte nodig. Vandaar dat ik wat spullen kwijt wilde. Ook het tonnetje dat op een kast in de woonkamer stond. Ik hoop dat jullie museum misschien interesse in dit object heeft. Natuurlijk bied ik het kosteloos aan’.

Uiteraard was het museum geïnteresseerd in het vaatje en na wat mailverkeer met mevrouw Van Doorn kregen we nog de volgende informatie:

Ze kreeg het vaatje van haar oom, Jan Deijs, die had het weer gekregen van zijn stiefmoeder, mevrouw Parlevliet. De familie Parlevliet woonde toentertijd aan de Boulevard en zij hadden zowel ingekwartierde Duitsers als onderduikers in huis. Die onderduikers verbleven echter naar verluid in of bij de rederijschuur van rederij Parlevliet aan het Prins Hendrikkanaal (waar nu de Parledam is gevestigd). Eén van deze onderduikers heeft het vaatje, als tijdverdrijf, beschilderd. Het viel natuurlijk niet mee om verborgen op een zolder de tijd door te brengen. ’s Avonds kon men meestal wel even luchten op de dam, aangezien je dan beschermd was tegen vreemde ogen door de hoge buitenmuren.

Te zien is op een donkere achtergrond, het toenmalige wapen van de gemeente Katwijk, twee oranje leeuwen, vissen, kippen en hazen geschilderd in felle kleuren. Binnenin is een metalen bak aangebracht, waardoor het prima dienst kon doen als paraplubak. Het vaatje is van een kleiner formaat nl. een kwart-tonnetje, die zo’n 200-250 haringen kon bevatten.

Het voorwerp krijgt mogelijk een zichtbaar plekje in het museum.

Fotobijschrift:
Overhandiging van de bijzondere harington door Clasine van Doorn aan museumvrijwilliger Piet Dijkdrent